In de kantine van de Universiteit `Drie Eiken’ te Wilrijk staat een lege ruimte. Deze ruimte bevat enkel een boom en straattegels. Op deze plek viel gelijk mijn oog. Het roept vragen bij me op. In de universiteit worden vele onderzoeken gedaan naar vogels en hun gezang. In de kelder is dit gezang als een zee van geluid te horen. Geconcentreerde natuur. Deze onderzoekslaboratoria en deze plek in de kantine doen beiden artificieel aan. Is dit nog buiten of is dit binnen? Zitten wij opgesloten in de natuur of is de natuur bij ons opgesloten?
Ik wilde een aviarium maken. Vogelnetten, pinda’s en nestkastjes deden dienst als mijn werk. In de kantine was het gezang van de vogels uit de kelder te horen via versterker=apparatuur.